Visioenen – R.E.V. Stuip, C. Vellekoop
Als U via een brug zo smal als een scheermes een afgrond moet oversteken, dan bent U al een flink eind op weg naar het hiernamaals . . . Wist U dat? En zou Chrétien de Troyes (ca. 1180) dat geweten hebben toen hij in een van zijn romans de ridder Lancelot over de ‘zwaardbrug’ liet kruipen? In elk geval wist hij niet dat het beeld dat hij gebruikte al meer dan 2000 jaar oud was, en reeds voorkwam in de visioenen-literatuur van het oude India. Visioenen kunnen van hun scherpte verliezen en tot literaire beelden worden.
De bestudering van visionaire ervaringen, van het oude India tot het Keltische Ierland, brengt een grote verscheidenheid aan het licht: het kan gaan om de belevenissen van de visionair in het hiernamaals, maar ook om zijn taken in de maatschappij. De beelden waarin een visioen beschreven wordt zijn soms heel helder, soms ook onduidelijk. Zou dat misschien verband houden met de bedoeling van degene die het visioen meedeelt? Wil hij een strikt persoonlijke ervaring overbrengen, of moet hij een boodschap der goden doorgeven, en zo invloed uitoefenen op anderen?
Naast specialisten op het gebied van de middeleeuwse letterkunde, geschiedenis en kunsten, werkten aan deze bundel ook mee een oriëntalist, twee classici en een godsdienst-psycholoog.