Gustav Meyrink – Frans Smit
Gustav Meyrink (1868-1932) is bekend geworden als schrijver van korte satirische verhalen en romans èn als occultist. Een man die zoekende was en met de meest uiteenlopende spirituele stromingen in contact stond. Grote roem verwierf hij met de roman De Golem (1915). Zijn leven was bewogen en meeslepend. Zijn werken raakten na zijn dood in de vergetelheid.
Pas na de tweede wereldoorlog nam de belangstelling voor het werk en leven van Meyrink toe en werden zijn boeken herontdekt. Ook het bibliografisch onderzoek kwam toen geleidelijk op gang.
Gustav Meyrinks leven wint aan actualiteit. Een halve eeuw na zijn overlijden begint hij naam te maken als origineel en visionair schrijver, maar ook als voorloper van een type mens dat we tegenwoordig vaak tegenkomen: de zoeker op esoterisch gebied. Met grote gedrevenheid verkende hij dat uitgestrekte terrein en verwerkte wat hij ervoer in zijn boeken.
Deze biografie volgt zijn spirituele ontwikkelingsweg, zijn zoeken naar en het naar bewustzijn verglijden in die bovenzinnelijke gestalte. Die weg is de leidraad voor het volgen van het spoor van Meyrinks rijke leven.
Recensie
Het onderwerp is het leven van de Oostenrijks-Hongaarse auteur Meyrink, die tegenwoordig vrijwel alleen bekend is door zijn roman “Der Golem” (1915). De laatste jaren komt Meyrink weer in de belangstelling door de vele theosofische en andere occulte connecties en interessen die hij tijdens zijn leven had. Smit heeft met zijn biografie een bescheiden opzet nagestreefd: hij wilde Meyrink niet “academisch ontrafelen” of “de onderste steen van zijn leven boven krijgen”. Hij wil “de geestelijke gestalte, die hij zelf de ‘vermomde’ noemde, achter of in hem te laten oplichten”; “vanzelfsprekend heeft exactheid bij het presenteren van de feiten voorop gestaan”. Dit laatste is, voor zover ik kon nagaan, gelukt; ook het streven om leven, werk en achtergrond van Meyrink voor deze tijd begrijpelijk en interessant te maken, lijkt mij goed gelukt. Het boek is goed leesbaar; de benadering getuigt van een goed evenwicht tussen betrokkenheid en distantie bij de biograaf, over wie geen gegevens zijn opgenomen.
(NBD|Biblion recensie, H. Verbrugh)