Chuapi punchapi tutayaca
“Het werd nacht midden op de dag”
De verhalen in deze bundel behoren tot het indigenismo, een stroming in de Latijns-Amerikaanse literatuur die zich aan het einde van de vorige eeuw schuchter heeft ingezet, maar pas goed tot ontwikkeling is gekomen na 1930. Het indigenismo sluit zeer nauw aan bij de problematiek van de oorspronkelijke bewoners van het Amerikaanse continent, de Indianen. Het is een bijzondere literatuur omdat ze geschreven is door blanke auteurs, of soms half blank, half Indiaans, en bestemd voor een blank publiek met als doel sympathie en waardering bij te brengen voor de Indiaanse cultuur en de misstanden aan te klagen waaronder de Indianen te lijden hebben. Aanvankelijk lag binnen het indigenismo de nadruk op de denuncia, de aanklacht, maar vooral dank zij het werk van Arguedas, dat ook in deze bundel is opgenomen, is er nu wel meer belangstelling voor het waardevolle van de Indiaanse cultuur, de verbondenheid van de Indianen met de natuur en hun onderlinge solidariteit.
De verhalen zijn uit verschillende landen gekozen: Mexico, Ecuador, Guatemala en Perú, gebieden waar voor de komst van de Spanjaarden de belangrijke culturele centra van de oorspronkelijke bewoners lagen. Het gedicht van de Nicaraguaanse priester Ernesto Cardenal is ter wille van de variatie opgenomen, maar ook omdat daarin het standpunt naar voren komt dat kenmerkend is voor de Indiaanse beweging: de herwaardering voor de eigen cultuur, afgezet tegen die van de veroveraars.