Levend bewijs – Wiel Kusters
DE VIJFJAARLIJKSE PASSIESPELEN van Tegelen hebben een rijke en lange traditie. Wiel Kusters schreef hiervoor met Levend bewijs voor het eerst in lange tijd een nieuwe tekst. Net als andere passiespelen (de geschiedenis van het genre gaat terug tot de dertiende eeuw) verhaalt Levend bewijs de emotionele gebeurtenissen uit de laatste dagen van het leven van Jezus: zijn glorieuze intocht in Jeruzalem, het laatste avondmaal met de twaalf discipelen, het verraad van judas, de door de hogepriester en de Hoge Raad geëiste veroordeling, zijn pijnlijke kruisgang en uiteindelijk zijn dood aan het kruis op Golgotha. Het zijn die gebeurtenissen, die de christenen gedenken tussen Palmzondag en Pasen.
De dichter Wiel Kusters heeft in dat verhaal, met respect voor de Bijbelse overlevering en de christelijke traditie, zijn eigen accenten geplaatst. En zeker ook in de taal die hij vond voor deze menselijke en bovenmenselijke thematiek, waarin spreken en meditatie overgaan in poëzie van het zuiverste water.