De Kinderen van Nidal

De Kinderen van Nidal – Doris Heinemann

In ‘De kinderen van Nidal’ het op zichzelf staande vervolg op ‘De blauwe diamant‘ wordt het verhaal verteld van Kleine Schim, een weesjongen die zich als kruimeldiefje door het leven slaat in de grote koningsstad Azan. Kleine Schim bevalt zijn vrije leven, hoewel hij het soms moeilijk heeft zonder ouders en zonder thuis. Als hij er oud genoeg voor is wil hij graag zeeman worden en de grote wijde wereld leren kennen.

Maar van die droom komt niets terecht, als er in het paleis een poging wordt gedaan tot diefstal van de kostbare koningssteen, of Blauwe Diamant. Uit vrees voor de soldaten die de hele stad uitkammen, waarin geen dakloze zwervers geduld worden, laten zijn vrienden Kleine Schim in de steek. Hij besluit bij de rovers zijn heenkomen te zoeken. Dit wordt verhinderd door de ontmoeting met een man, van wie Kleien Schim herhaaldelijk gedroomd heeft. Hij is een Riatia uit het Kamp van Azan en wordt door zijn mensen Par van Riat genoemd.

Met Par en het Riatmeisje Lië verlaat Kleine Schim Amak, om in de bergen van Nidal de blauwe bloem te gaan zoeken die de Riati hem in zijn dromen heeft beloofd.