Zachte technieken in de huisartsenpraktijk – Paul van Dijk
De hulpverlening door de huisarts steunt voornamelijk op drie pijlers: het voorschrijven van medicamenten, het voeren van gesprekken en het verwijzen naar specialismen of paramedische disciplines. De medicamenteuze therapie staat het meest centraal in het werk van de huisarts. Het wordt echter steeds duidelijker, dat de behandeling van vooral functionele klachten en zelflimiterende aandoeningen met medicijnen in veel gevallen discutabel is. «aar medicamenten niet de oorzaak van de klacht wegnemen, kunnen ,zachte technieken” worden toegepast. Een groot deel van de problemen waarmee de arts te maken krijgt, is hiermee te behandelen. Zachte technieken kunnen door de patiënt zelf verricht worden. Hierdoor komt zijn eigen verantwoordelijkheid centraal te staan en krijgt hij meer vertrouwen in zijn denken en handelen ten aanzien van de eigen gezondheid. Zachte technieken vormen bovendien vaak een betere opening om te werken aan een oplossing voor eventueel achterliggende problemen.
De 112 beschreven zachte technieken zijn op grond van hun inhoudelijke overeenkomsten verdeeld in groepen. Elke techniek wordt beschreven, vragen die de huisarts kan verwachten, worden beantwoord, de meest relevante literatuur wordt aangereikt en er is een lijst opgenomen met adressen waar men nadere informatie kan verkrijgen.
Het boek is primair gericht op de huisarts. Ook andere artsen, paramedici, verpleegkundigen en maatschappelijk werkers kunnen er met vrucht gebruik van maken.