Op zoek naar zijn en zin (Deel VII) – C.E.M. Struyker Boudier
Met op zoek naar zijn en zin en katholieken en hun filosofie (1991) besluit Struyker Boudier zijn reeks wijsgerig leven in nederland, belgië en luxemburg 1880-1980 voor wat betreft het aandeel van de katholieken daarin. In het eerste deel figureren de jezuïeten (1985), in het tweede deel de dominicanen (1986), in het derde deel, in godsnaam (1987), de augustijnen, carmelieten en minderbroeders. De overige religieuze gezelschappen, waaronder de benedictijner-ordes, de redemptoristen, vele congregaties uit de vorige eeuw, zijn bijeengebracht in een zwerm getuigen (1988). Het honderdjarig bestaan van het wereldberoemde Hoger Instituut voor Wijsbegeerte van de Katholieke Universiteit van Leuven vormde aanleiding tot het verschijnen van twee banden de filosofie van leuven (1989), waarin vele wereldheren en ‘leken’ zijn behandeld. De honderden wereldheren en katholieke ‘leken’ in Nederland, België en Luxemburg die nog niet waren behandeld in deze delen, krijgen stem in de afsluitende delen, waarna de protestanten en niet-confessioneel gebonden filosofen aan de beurt zullen komen in volgende delen. Voor het eerst in de Benelux is het omvangrijke bestand aan bekende en minder bekende filosofen, verbonden aan de bisdommelijke seminaries, universiteiten en andere instellingen van onderwijs in kaart gebracht, afgesloten met uitvoerige conclusies over het wijsgerig leven der katholieken gedurende de laatste honderdvijftig jaar, want Struyker Boudier duikt diep terug in de boeiende geschiedenis, die aan het herstel van de thomistische wijsbegeerte voorafging en die samenvalt met de emancipatie van het katholieke volksdeel in de XIXe eeuw. Uit de vele besprekingen in de pers blijkt, dat Struyker Boudier een “goed verteller” is, die “op heldere, objectieve en betrokken wijze” in zijn “geschiedenis van beneden het wijsgerig voetvolk aan het woord laat komen”. “Wat dit werk zo uniek maakt, is dat het overzicht een heel breed terrein van de wijsbegeerte en verwante gebieden bestrijkt, drie landen als geheel beziet, het complete veld gedetailleerd in kaart brengt en tegelijk de grote lijnen aangeeft en vasthoudt” (drs. c. buys). “Een indrukwekkend historisch werk” (prof. dr cornelis verhoeven), met “een interessante en gedrufde opzet, echte geschiedschrijving van een bedreven historicus en volbloed filosoof’ (prof. dr h.e. mertens), dat “een eminent overzicht” (prof. dr r. bakker) biedt van het wijsgerig leven in de Nederlanden. De delen zijn “voortreffelijk hanteerbaar dank zij een duidelijke inhoudsopgave, een goed personenregister en bovenal een zeer uitvoerige bibliografie” (prof. dr b. delfgaauw). “Een boeiend boek voor wijsgerig, historisch en theologisch geïnteresseerden. De Nederlandse wijsbegeerte mag de auteur – hoewel geen monnik – dankbaar zijn voor het monnikenwerk dat hij bezig is te verrichten en in het bijzonder voor het niveau dat hij heeft weten te bereiken” (prof. dr a. van melsen). “Het ziet ernaar uit dat de invloed van grote en minder grote denkers op de nationale samenleving in haar geheel en haar katholiek segment in het bijzonder met behulp van Struyker Boudiers duizelingwekkende publicatie vruchtbaarder onderzocht zal kunnen wor-den dan voorheen. Met deze reeks heeft iedere historicus een onmisbaar werk tot zijn beschikking, waarin hij kan nagaan, wie nu wat eigenlijk dacht. Het is verbazingwekkend hoe op grond van zo’n chaotische hoeveelheid materiaal zo’n geordend verhaal kan worden gepresenteerd” (prof. dr j. bornewasser). “Prof. Struyker Boudier slaagt erin het verleden tot leven te wekken en de actualiteit te doorlichten op een wijze, waarin velen die het van nabij hebben meegemaakt zich onmiddellijk kunnen herkennen: hij vertelt ons vele belangrijke dingen uit onze eigen geschiedenis, ook waarvan wij niet (goed) op de hoogte waren”, aldus diverse betrokken regulieren, seculieren en ‘leken’ in hun eigen media en in brieven aan de uitgever.