Hedendaags bijgeloof

Hedendaags bijgeloof – Pierre Tuning

Hedendaags bijgeloof: Bang om onder een ladder door te lopen? Afkloppen? op ongeverfd hout. Alsof de duivel je op de hielen zit.

Iedereen is er wel min of meer mee behept: bezweringen, wensen, voorspellingen en magische handelingen om onszelf en de wereld om ons heen te beïnvloeden. We willen voorspoed en geluk, gezondheid en liefde. En wij willen weten wat de toekomst brengt. We hebben inmiddels – vindingrijk als we zijn – ontelbare methoden bedacht om het noodlot de goede richting op te sturen. Sommige daarvan zijn zelfs zo oud dat de oorsprong niet meer te achterhalen is.

De schrijver Gerard Reve verzet geen stap zonder advies van de ‘sterrewichelende zusjes M:. Couperus had een rotsvast geloof in de ‘Stille Kracht’. Er is een voetballer die alleen maar spelen wil als hij het slipje van zijn vrouw onder zijn broekje draagt. Koningin Elisabeth tekent op vrijdag de 13de geen belangrijke staatsstukken. Vliegtuigstoelen kennen geen nummer 13 en in hoge gebouwen wordt de 13de verdieping overgeslagen. Bijna iedereen volgt de horoscopen in dag- en weekbladen. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de rol van natuurgenezers en de alternatieve geneeskunst. Ook probeerde de auteur meer te weten te komen over ‘goena-goena’ ( Indonesië), ‘winti’ (Suriname) en ‘brug’ (Nederlandse Antillen).

Alles helpt…! Als je er maar in gelooft. Het is een boeiende wereld waarvan in dit boek verslag wordt gedaan. In navolging van Erasmus laat Pierre Tuning de Zotheid het spreekgestoelte bestijgen om een lofzang uit te spreken. Hij geeft deze in de vorm van een pleidooi. Een pleidooi voor een magisch bestaan.

Pierre Tuning (48) is journalist en publicist, loopt onder ladders door en aait zwarte katten die zijn pad kruisen.

Recensie

De auteur vertelt op persoonlijke wijze over zijn zoektocht naar het hoe en het waarom van de meeste hedendaagse overtuigingen, geloven en bijgeloven. Kortom, naar veel dat ‘in’ is binnen vooral de New Age-beweging. Hij bezoekt vele deskundigen, citeert diverse grootheden en zoekt af en toe achtergronden op in boeken en encyclopedieën. Waar kan men zich zoal mee bezig houden om gelukkig te worden: astrologie, reïncarnatieleer, plantengeneeskunde, acupunctuur, stenen, amuletten, rituelen, etc. De verteltrant is licht ironisch en overeenkomstig het vaak vage taalgebruik dat in vele ‘New Age’-kringen wordt gebruikt. Dat is ook het leuke van dit enigszins vermoeiende boekje (vgl. hoofdstuktitels als ‘Amuletterkunde’ en Artiestenwaan’.) Vermoeiend door de grote hoeveelheid aan onderwerpen en misschien is dat precies de bedoeling van de auteur. Zwarte omslag met opdruk en afbeelding in rustige kleuren. Bevat zakenregister.
(Biblion recensie, H.C. Meindertsma)