De kunst van het nietsdoen in de praktijk – Theo Fischer
Iedereen heeft het weleens meegemaakt: het moment waarop na een crisis alles weer ten goede keert, komt altijd wanneer je de strijd hebt opgegeven. Dat ophouden met strijden, leven in het nu, dat is de kunst van het nietsdoen – de kunst om op het juiste moment te doen wat juist is. En wat juist is, openbaart zich vanzelf door af en toe stil te staan om te luisteren en te voelen.
In De kunst van het nietsdoen in de praktijk behandelt Theo Fischer de praktische aspecten van het taoïstische principe van Wu Wei – doen door niet te doen – die in zijn bestseller De kunst van het nietsdoen onderbelicht zijn gebleven.
Theo Fischer werkte ruim twintig jaar als managementadviseur, tot hij zich verdiepte in de Tao en zich op het schrijven ging richten. Fischer schreef verschillende succesvolle boeken over het taoïsme in de praktijk. Hij woont en werkt in Italië, waar hij ook lezingen en workshops over het taoïsme geeft.
Recensie
De auteur was lange tijd managementadviseur toen hij het taoïsme ontdekte. Eerder schreef hij de bestseller ‘De kunst van het nietsdoen’ (2001). Dit boek belicht, aan de hand van vragen van lezers, de praktische aspecten van deze filosofie. Centraal staat het taoïstische principe van Wu Wei, wat betekent ‘handelen door niet in te grijpen’. Het belangrijkste principe is in het hier en nu te leven. Dat betekent dat gebeurtenissen aandachtig worden geobserveerd en waargenomen zonder te analyseren. De gebeurtenissen worden op hun beloop gelaten en de waarnemer verzet zich er niet tegen. Pas dan wordt bevrijding van innerlijke banden mogelijk en kan iemand in harmonie leven met zijn omgeving. Aan de hand van een groot aantal concrete vragen en problemen wordt een aantal belangrijke taoïstische principes toegelicht. Het boek vormt een belangrijke praktische aanvulling op ‘De kunst van het nietsdoen’ en zal vooral spiritueel geïnteresseerde lezers met belangstelling voor het taoïsme aanspreken.
Drs. N. P. Aders