De Chakra’s – C.W. Leadbeater
Hoe langer hoe meer beginnen denkende mensen belangstelling te tonen voor de Oosterse leringen. Zij beseffen dat de Indische methode voor het behouden van een goede gezondheid door het bewaren van het geestelijk evenwicht, een machtige steun en uitmuntend hulpmiddel is in deze felbewogen tijd. Deze Indische methode baseert zich op een uitgesproken fysiologisch, alhoewel voor het normale gezicht niet-waarneembaar, aspekt van het menselijk organisme, namelijk het bestaan van een etherisch organisme dat, evenals het zichtbaar stoffelijk lichaam, verschillende organen of zintuigen, centra en verbindingskanalen heeft, waarlangs en waardoor het levensfluïdum geassimileerd en gedistribueerd wordt.
Het boek “De Chakra’s” is gebaseerd op een zeer zorgvuldige directe observatie van dit etherisch lichaam en op de studie van Indische bronnen, waarin beschrijvingen worden gegeven, welke ook op directe waarneming berusten. Het geeft bovendien in een reeks grote platen een zo getrouw mogelijk, alhoewel uiteraard benaderend beeld van de verschijnselen, zoals deze zich aan het etherisch gezichtsvermogen van een geoefend waarnemer vertonen.
De kennis van de in dit werk beschreven feiten is onmisbaar voor hen, die zich willen oriënteren of verdiepen in de omvangrijke materie van Yoga-oefening, geestelijke hygiëne, occulte geneeswijzen en aanverwante onderwerpen.
Recensie
Een nieuwe uitgave van het boek dat voor het eerst in 1927 uitkwam. Leadbeater is een leerling van mevrouw Blavatsky, de moeder van wat nu de Theosofische Vereniging is. Helderziende waarnemingen, waar ook de boeken van mevrouw Blavatsky op stoelen zijn de grondslag voor tekeningen in kleur van de 7 chakra’s energievelden door Edward Warner. Dit was een vriend van Leadbeater. Om deze tekeningen onder de ogen van het publiek te brengen en om “hen die nog geen enkele poging gedaan hebben om hun sluimerende vermogens te ontplooien, enig begrip bij te brengen van tenminste een klein gedeelte van dat, wat door meer bevoorrechte broeders wordt gezien”. Stijl en woordkeus zijn typisch uit de twintiger jaren. Voor theoretisch geïnteresseerden.
(NBD|Biblion recensie, A. Roskam)